Ervaringen van een aankomend imker
Ik speelde al langer met de gedachten om bijen te houden. Niet vanwege de honing, maar vanwege de verwondering over die kleine bijtjes. Ook vanwege wat er met ‘onze’ insecten gebeurt. Beelden uit documentaires waar Chinese arbeiders in bomen handmatig aan het bestuiven zijn, berichten over bijensterfte en landbouwgif.
Nadat we verhuisden naar het buitengebied van Enschede was ik er klaar voor. Ik meldde mij aan voor de basiscursus imkeren. Helaas bleken Enschede en Hengelo volgeboekt. Een jaar ging voorbij. Het jaar daarop was ik er vlotter bij, maar opnieuw viste ik achter het net. Tót Bart Rozendaal mij vertelde dat er in Oldenzaal óók een vereniging was, mét plek! Vlak vóór de cursus zou beginnen brak echter Corona uit en ging de cursus niet door. Dan maar alvast wildbloemen zaaien. Maar wie verraste mij in mei 2020? Ruud Jonkers van het bestuur Bijenvereniging Oldenzaal. Hij kon mij wel een volkje leveren en mij persoonlijk begeleiden. Ik was verguld. In juli stond de eerste kast in mijn tuin. Gesteund door Ruuds persoonlijke begeleiding, het cursusboek en de wekelijkse blogberichten van Ben de Som Cerff begon ik er een beetje in te komen.
Vanaf dag één kreeg ik te horen dat imkers eigenwijs zijn en het op hun eigen manier doen. Daarmee voelde ik mij gesterkt om te onderzoeken of er een alternatief was voor de varroa-behandeling met zuren. Al googelend vond ik imkers in België, die werkten met roofmijtjes (stratiolaelaps scimitus) als biologische bestrijders van de varroamijt. Toen in het najaar de aantallen varroa mijten op liepen ben ik met de roofmijten aan de gang gegaan. Dat sloot mooi aan op het varroa mijten-project van Wim Wilmink, de cursusleider. Samen lieten we de mijtjes los in de kast. Ze waren zó klein, dat we ze met het blote oog niet zagen. Maar mijn volkje lijkt er goed mee door de winter te zijn gekomen.
Helaas was in voorjaar 2021 Corona niet voorbij en kon de gebruikelijke basiscursus opnieuw niet doorgaan. Ik was blij dat de vereniging een alternatief had met coaches en buddy’s. Ruud bleef mijn coach en Chrystel Steggink kwam erbij als buddy. Wim Wilmink was als leraar ook heel behulpzaam. Bij Chrystel deden we een eerste voorjaarscontrole. Dat deden we nog eens dunnetjes over bij Ruud, en daarna bij mijn eigen kast. Door drukte van iedereen grepen we vaak terug op begeleiding via whatsapp of telefonisch. Dat bleek prima te werken. Maar het zelfstandig maken van een veger durfde ik nog niet aan. Wim Wilmink stond klaar om te helpen en nadat wij na 14 dagen het tuten en kwaken hoorden (handig zo’n stethoscoop!) braken wij de doppen en lieten we een paar koninginnetjes de kast inlopen. Een prachtige ervaring!
Het oude en het nieuwe volkje lijken het goed te doen. Beide volkjes hebben een nieuwe portie roofmijtjes gehad en laat ik verder onbehandeld. De honingproductie is ondanks het bijvoeren bij beide volkjes zeer matig, maar het weer werkte dan ook niet mee. Ook de extra wildbloemen die ik in het voorjaar zaaide (bloemenlint) mochten niet baten. Geen probleem zolang de volkjes maar ‘happy’ zijn, en daar lijkt het op.
Ik vond het fantastisch dat coaches, buddy’s en leraren steeds beschikbaar waren voor raad en daad en ondersteuning. Ik vermoed dat ik dat ook een volgend seizoen nog wel nodig ga hebben. Maar met deze steun is het een fantastisch leuke en leerzame ervaring geworden zo en een mooi alternatief voor de traditionele cursus.
Heel hartelijk dank aan allen!
José Palstra, Imkers Nederland afdeling Oldenzaal